De zee is azuurblauw, het zandstrand warm na een lome zomerdag. Als je op je Vespa of in je auto stapt, volg dan het kronkelende weggetje.
Slechts een paar minuten.
Links naast je kijk je uit over het groene dal met z’n goudgele akkers en kleine oleander kwekerijen. Soms onderbroken door een oude palmboom.
Rechts van je liggen de rollende heuvels vol olijfbomen, de gestucte huizen, geverfd in pasteltinten, worden verwisseld voor boerenwoningen van goudgele handgemaakte bakstenen.
En dan zie je haar, Palazzo Puro.
Ze steekt boven het hoge riet uit, alsof ze dan wel vijfentwintig jaar heeft leeg gestaan, maar niets heeft gemis van wat er om haar heen gebeurde.
De ingang is overwoekerd, een oud verboden toegang bord aan een roestige ketting vertelt dat hier ooit iemand woonde.
Een verwaarloosde palmboom laat haar bladeren treurig hangen. Oleanders staan in bloei, verspreiden een zoete geur.
Tussen de struiken door zie je in de verte de zee en weet je hoe de summervibe daar onder de gekleurde strandparasolletjes binnen handbereik is, terwijl je hier de stilte enkel verstoort door het gesjilp van de krekels en het geruis van de zeebries in de bomen.
Je bent in Italië aan de Adriatische kust, in de regio Le Marche. Niet zo bekend als zijn beroemde zusje Toscane, maar net zo mooi.
Het eeuwenoude dorpje Massignano waar Palazzo Puro bij hoort, ligt in haar rug, iets hoger op de heuvel.
Het kustplaatsje waar je op uitkijkt vanuit de tuin is Cupra Marittima waar de zomers lang zijn, de mensen vriendelijk en de wijn sprankelend.
0 reacties